De sfeer, die bij de restauratie van de kerkzaal in 1932 werd beoogd, is in belangrijke mate bepaald door de aanwezigheid van twaalf gebrandschilderde glazen. Deze  zijn ontworpen door achitect Jantzen en uitgevoerd door de fa. G. Schooneveld te Amsterdam.Het centrale thema van alle ramen bedoelt een uitbeelding te zijn van de verlossing van de mens uit zijn zondige leven, zowel door God zelf, alsook door de navolging van Christus. Opvallend daarbij is de keuze voor de weergave van de onderwerpen waarbij veel vuur en licht wordt gebruikt.Zeven glazen ontlenen hun onderwerp aan het Oude-, vijf aan het Nieuwe Testament. Zij vormen zo als het ware drie hoofdstukken: vijf beelden uit het Oude testament, twee verwijzingen naar de Messias, vijf beelden uit de Evangeliën.De getoonde weergave op deze pagina is van NW naar ZW: eerst de Noordgevel (hoofdstuk 1), daarna de Oostzijde (hoofdstuk 2)  en tenslotte de Zuidgevel (hoofdstuk3)Zet de muis op een plaatje en je krijgt een korte beschrijving te zien. Bij klikken wordt het raam vergroot getoond.

Vlammend zwaard voor sluitende deuren God zoekt Jacob op en deze krijgt de naam Israël God roept Mozes om het volk te leiden uit de slavernij. Groene bladeren zijn zichtbaar in het vuur Uit slavernij verlost worden is niet gemakkelijk voor de mens. God laat een koperen slang maken en redt allen die opzien naar de slang De profeet Elia kan een offer brengen omdat God zelf voor het vuur zorgt. De priesters van Baäl kunnen dit niet.
Paradijs Pniël Brandend braambos Verhoogde slang Offer

De Martinuskerk is gebouwd in een Oost-West lijn.
De Oostgevel is de gevel waar vroeger bij de bouw de ingang van de kerk was. Nu is dit de wand waar de preekstoel staat. 
In het Oosten komt de zon op en dat verwijst naar de verrijzenis van Jezus Christus

Koning David speelt op de harp om het boze in de mens te genezen. David komt ook voor als voorvader van Jezus en verwijst dus ook naar Christus (Verlosser) Een schrijffout in het glas: ontsrongen. Ook al lijkt soms alles verloren, God zorgt toch weer voor een nieuw begin. Een nieuwe scheut uit de stam.
Priester koning Ontsprongen rijs
De wijzen uit het Oosten worden door een ster (God zelf) geleid om eer te betonen aan de pasgeboren Jezus. Jezus maakt zich bekend door te zeggen: IK ben de Goede Herder. De goede herder stelt zijn leven voor zijn schapen. Net als de goede herder zijn leven waagt voor zijn schapen, zo geeft Jezus zijn leven om zijn mensen te redden. Het kruis is flauw zichtbaar aangegeven. Bij de bouw van de kerk in 1841 was onder dit raam de kansel. Pasen wordt nogal abstract weergegeven als een overvloed van licht. Bovenin het raam is een duif afgebeeld, wijzend op het verhaal van Noach die uit de ark kon komen nadat de duif niet weer terugkwam. Ook is de duif een verwijzing naar het laatste raam: Pinksteren Het feest van de Heilige Geest, aangeduid met vurige tongen op alle aanwezigen.
Geboorte Goede herder Kruis Paschen Pinksteren